Al 293.038 bezoekers gingen je voor
“… meer mol dan krekel of toch meer krekel dan mol…?”
Als mensen voor het eerst over een veenmol horen, denkt men (logischerwijs) vaak aan een molachtig zoogdiertje. Niets is minder waar: de veenmol is een behoorlijk uit de kluiten gewassen, fascinerend insect dat vaak -letterlijk- onder de radar blijft. Zoals de naam al doet vermoeden leeft de veenmol namelijk grotendeels ondergronds. Mannetjes worden tussen 3,5 en 4,5 cm groot en vrouwtjes kunnen zelfs tot 7 cm lang worden.
Een tweede vergelijking die zich snel voordoet bij de aanblik van een veenmol is die met krekels. Ondanks dat zijn Latijnse naam ‘Gryllotalpa’ letterlijk ‘krekelmol’ betekent (gryllus = krekel en talpa = mol), is hij geen directe familie. Ze zijn echter wel aan elkaar verwant. Met zijn korte voorvleugels en langere achtervleugels kan de veenmol bijvoorbeeld lang niet zo goed vliegen als een krekel. Ook heeft de veenmol relatief korte antennes, terwijl krekels vaak lange, draadvormige antennes hebben. De veenmol heeft een roodbruine kleur met fluweelachtige haartjes en met zijn krachtig ontwikkelde voorpoten, die lijken op de poten van een mol, kan hij goed graven. De kop en het borststuk zijn sterk gepantserd.
Zoals zijn naam ook doet vermoeden verblijft de veenmol graag in humusrijke grond, waaronder veen. Veenmollen houden zich op in door hun zelf gegraven ondergrondse gangenstelsels. Ze komen het meest voor in Zeeland en Zuid-Holland, omdat daar van nature de grond het meest humusrijk is. Op het menu van de veenmol staan voornamelijk insectenlarven en regenwormen, maar ook plantenwortels vallen in de smaak! Natuurlijke vijanden zijn o.a. katten, uilen, kraaien, egels en niet te vergeten … mollen!
Het vrouwtje van de veenmol legt haar eitjes in een ondergronds holletje en ze komen na 2 weken uit. Het vrouwtje zorgt voor voedsel: zij schraapt de nestwanden af, wat zorgt voor nieuwe plantenwortels die de jonge veenmollen kunnen opeten. Jonge veenmollen blijven zo’n 2 tot 3 weken bij hun moeder, daarna gaan ze hun eigen weg.
Net als krekels zingt de veenmol ook! Van mei tot en met juni houden de mannetjes in de schemering een baltszang om vrouwtjes te lokken. Het is een mysterieus, monotoon gesnor dat ontstaat door beweging van de dekvleugels. Doordat het mannetje ‘zingt’ vanuit de ingang van zijn holletje, fungeert dit als een soort van natuurlijke luidspreker. Het lijkt op het geluid van een rugstreeppad. Een belangrijk verschil: de veenmol zingt continu, terwijl de rugstreeppad in korte strofen roept met pauzes ertussen.
Wil je een insect zien, met een lifestyle die je eerder verwacht bij een zoogdier dan bij een insect? Kom dan de veenmol (als een uit de kluiten gewassen model) bewonderen in Zaal 4 van Museum Klok & Peel.